-
Na die avond in de maneschijn vroeg ik aan de ouders van mijn geliefde of ik met hun enige dochter verkering mocht hebben. Dat mocht en zo ging Hubert elke week naar Zevenbergen. De onschuld verdween en de tijd begon te stromen. Mijn meisje en ik waren van een generatie die het taboe rond de sex niet konden opheffen door erover te praten. De liefde in de omgang met elkaar harmoniseren met de sexualiteit ging niet. Dat mocht en kon niet in die jaren. Over die moeilijkheid heb ik, vanuit eigen ervaring, later als pastor dikwijls gepraat met mannen en vrouwen die al lang getrouwd waren en het probleem kenden. Zoals een man het uitdrukte: "Toen ik verkering had zag ik tegen mijn meisje op als een heilige maagd. Toen ik getrouwd was en met haar mocht slapen wist ik mij geen raad. Zij kon mij die raad niet geven. Wij konden elkaar niet over de kuisheidsdrempel tillen die wij samen in zeven jaar verkering hadden opgebouwd. Zo is het gekomen dat wij wel kinderen hebben maar nooit vreugde hebben beleefd aan de samenleving." Zo vertelde die man en ik geloof dat het mij ook zou zijn overkomen als die droom van een kermisavond werkelijkheid zou zijn geworden. Wij maakten onze verkering uit en ik heb die mislukte liefde pijnlijk ervaren. Daarna kreeg ik nog verkering met een meisje uit Tilburg. Maar ook met haar kon ik mijn geluk niet vinden. Op een avond, in het Mastbos in Breda, na een feestavond en vrijen kwam plotseling de gedachte bij mij op: ik wil priester worden. Daarin ligt mijn toekomst. Ik had, diep in mij, weer een ideaal om voor te leven. Een hoopgevende en tegelijk beangstigende roeping. De heilige Hubertus was in het bos tijdens een jacht bekeerd. Hij met een herten ik met een meisje. Je zou zeggen dat Nonkel Jos bij mijn doop niet vergeefs heeft gefraudeerd.
Hoe het verder ging met sexualiteit en erotiek, vriendschap en huwelijk.
In een vorig hoofdstuk heb ik verteld hoe ik in het noviciaat kwam en hoe ik weer
de witte raaf geworden was als jongeman. Medebroeders in de opleiding vertelden mij
dat zij moeite hadden met de sexuele lusten. De masturbatie was een zonde waarover
magister Bronkhorst in Zwolle een geestelijke lezing gaf. Hij was al geen vlotte
spreker, maar over deze gevoelige materie struikelde hij nog meer in zijn woorden
en zinnen. Als je gevallen was in het toegeven aan de bekoring dan kwam het verlangen
om het nòg eens te doen weer snel terug. Zo herinner ik me zijn uitleg. Zelf had
ik wel eens een natte droom. Die bevlekte mijn strozak maar de ziel bleef schoon
volgens de kerkelijke moraal. Willem Grossouw heeft in zijn boek "Alles is van U"
zeer openhartig geschreven over de sexuele nood van de geroepene tot het celibataire
leven, de priesters en de religieuzen in opleiding. Over vrouwelijke religieuzen
schrijft hij niet. In zijn ogen zullen de vrouwen wel a-
Pater
Hubert Gulickx
†13 -
Een Dominicaan
tussen het
Bronsgroen
Eikenhout